Hoe werkt het plooien of zetten van metalen?
Plooien (of zetten) is het plastisch vervormen van een plaat door middel van een stempel die past in een matrijs. Door een grote perskracht uit te oefenen op de stempel buigt het plaatwerk in de matrijs tot de gewenste vorm.
Bij het plooien probeert men een plooihoek te bekomen door de stempel naar een bepaalde positie te sturen. Met eenzelfde matrijs kan men dus verschillende plooihoeken bekomen. Materiaal en dikte van de plaat zijn bepalend voor welke hoek nu bekomen zal worden. De plooiradius is afhankelijk van stempel, matrijs en vloeispanning.
Wanneer het materiaal weinig vervormingsversteviging heeft zal de plooiradius klein zijn. Het materiaal plooit als het ware rond de stempel en de plooiradius zal gelijk zijn aan de stempelradius.
Wanneer het materiaal een grote vervormingsversteviging heeft neemt de vloeigrens toe naarmate het materiaal meer wordt vervormd. De inwendige plooiradius zal hier groter zijn. De radius wordt niet bepaald door de stempelradius.
In sommige gevallen wordt er gekozen voor een grotere stempelradius dit om het scheuren van het materiaal tegen te gaan.
Hoe groter de treksterkte van het materiaal, hoe meer het materiaal zal terugveren na het plooien.